Uit cijfers van het CBS blijkt dat het aantal ouders dat allebei fultime buitenshuis werkt toeneemt. Het aantal kostwinnersgezinnen neemt juist af. Waren er in 1996 nog 52% kostwinnersgezinnen, nu is dat gedaald naar 23%.

Het aantal gezinnen waarbij één ouder fulltime buitenshuis werkt, en de andere parttime is sinds 2008 nauwelijks veranderd. Dit worden anderhalfverdieners genoemd.

Overheidsbeleid werpt haar zure vruchten af

Het lijkt er dus op dat het overheidsbeleid van 'arbeidsparticipatie über alles' haar vruchten afwerpt. Zo betalen kostwinnergezinnen meer belasting, terwijl tweeverdieners juist op financiële voordelen kunnen rekenen.

Hiermee komt de keuzevrijheid van ouders om te kiezen hoe ze de opvoeding van hun kinderen willen vormgeven steeds meer onder druk te staan. Als de term keuzevrijheid al valt, dan is het in termen van: 'De kinderopvang moet goedkoper en beter.'

De boodschap is duidelijk: er is maar één keuze, en dat is buitenshuis werken, en de kinderen naar de opvang.

Meer tweeverdieners, maar KDV klaagt

Gezien de toename van het aantal tweeverdieners onder ouders, is het een interessant fenomeen dat de branche van de kinderopvang nog steeds moord en brand schreeuwt over het teruglopende aantal kinderen op de crèche.